Moord op Shalhevet Pass
De moord op Shalhevet Pass vond plaats in Hebron op de Westelijke Jordaanoever op 26 maart 2001, waarbij een Palestijnse sluipschutter de 10 maanden oude Israëlische baby Shalhevet Pass doodde. De gebeurtenis schokte het Israëlische publiek, deels omdat uit een onderzoek bleek dat de sluipschutter opzettelijk op de baby had gericht. Volgens Deborah Sontag van The New York Times werd de baby een ‘krachtig Israëlisch symbool als onschuldig slachtoffer van het geweld’.[1]
De moord[bewerken]
Op 26 maart 2001 om 16.00 uur werd Shalhevet in haar kinderwagen neergeschoten terwijl ze vergezeld werd door haar ouders vanaf een parkeerplaats in de Israëlische nederzetting 'Avraham Avinu' in Hebron, waar het gezin woonde.[2]
Na een stilte van tien minuten hervatte de Palestijnse sluipschutter het schieten vanuit de wijk Abu Sneinah op de heuvel aan de overkant. Shalhevet was op slag dood; haar moeder greep haar toen ze de schoten hoorde, maar ontdekte dat de baby al dood was. Een van de kogels van de sluipschutter drong door het hoofd van de baby, ging door haar schedel en raakte ook haar vader.[1][3]
Nasleep[bewerken]
De moord, die plaatsvond tijdens de Tweede Intifada, veroorzaakte verontwaardiging in Israël en in het buitenland. De natie rouwde om de moord op de baby. Premier Ariel Sharon veroordeelde de aanval en betuigde zijn condoleances aan de familie Pass. Sharon verklaarde ook dat hij de Palestijnse Autoriteit verantwoordelijk zag voor de aanslag. Er braken rellen uit, waarbij Palestijnse woningen en winkels het moesten ontgelden en het kantoor van de Waqf werd verwoest.[2] De gemeenschap van Joodse kolonisten in Hebron eiste dat de Israel Defense Forces (IDF) de wijk Abu Sneineh opnieuw zouden bezetten, en de familie Pass verklaarde zelfs dat ze hun baby niet zouden begraven totdat de IDF dat deed.[4][2]
The Voice of Palestine, het officiële radiostation van de Palestijnse Autoriteit, meldde dat het bericht over de dood van het meisje een leugen was en dat de moeder van het meisje haar eigen baby had vermoord.[5]
De Palestijnse Autoriteit arresteerde de sluipschutter aanvankelijk, maar liet hem na korte tijd vrij. Op 9 december 2002 slaagde de Shin Bet erin de sluipschutter Mahmud Amru te arresteren. In december 2004 veroordeelde een militaire rechtbank de moordenaar en veroordeelde hem tot drie keer levenslang.
Volgens de Israëlische regering concludeerde een onderzoek dat de sluipschutter opzettelijk de baby had aangevallen. In het vonnis spraken de rechters hun schok uit over de wreedheid van de moord:
It was enough for one bullet, fired from a sniper rifle, to end the life of the infant Shalhevet Pass, who up to that event was unknown to the wide public, and just lived her life as all other children, until one day as the evening came she was hit in her head, and she died, and Shalhevet whom was still small and in her infant stage, was sentenced to death by a vile killer whom intentionally, using a Telescopic sight, pulled the trigger. The picture of the shot baby is on our table, is engraved in our minds and does not give peace to our souls. We cannot understand and we cannot accept the unbearable ease with which the killer decided to harm a helpless person.... We the judges are only humans and we cannot see anything else but the image which emerges in our senses, an image full of hate, blood and bereavement. We must not accept this image and we need to do everything we can to condemn it.
Yitzchak Pass, de vader van het kind, sloot zich later aan bij de Bat Ayin groepering die van plan was een Palestijnse school in Oost-Jeruzalem op te blazen. Hij werd uiteindelijk gearresteerd en veroordeeld voor het bezit van explosieven, waarvoor hij een gevangenisstraf van twee jaar uitzat.
Bronnen, noten en/of referenties
|
Dit artikel "Moord op Shalhevet Pass" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische en/of op de pagina Edithistory:Moord op Shalhevet Pass.