Nadere voorschriften controle- en overige standaarden
De Nadere voorschriften controle- en overige standaarden (NV COS) is een verzameling van regelgeving voor accountants in Nederland welke bedoeld is als waarborg voor een correcte en goede beroepsuitoefening door accountants in Nederland. De verzameling van regelgeving bestaat uit 44 Standaarden en is qua totale omvang zeer omvangrijk. Bij iedere opdracht die accountants uitvoeren zijn 1 of meerdere standaarden van toepassing.
Bepaling regelgeving[bewerken]
De Nadere voorschriften controle -en overige standaarden worden vastgesteld door het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (Koninklijke NBA). [1].
Dit wordt gedaan op basis van de standaarden van de International Auditing and Assurance Standards Board (IAASB). Deze IAASB-Standaarden zijn gepubliceerd als International Standards on Auditing (ISA's), International Standards on Review Engagements (ISREs), International Standards on Assurance Engagements (ISAEs) en International Standards on Related Services (ISRSs). De Nederlandse standaarden zijn, afgezien van een paar specifieke aanpassingen voor Nederland (aangeduid door toevoeging van de letter N), gelijk aan de wereldwijde standaarden voor de uitvoering van controle- en overige werkzaamheden door accountants.
Status van de controle- en overige standaarden[bewerken]
De controle- en overige standaarden vloeien voort uit de Wet op het accountantsberoep (Wab) en hebben voor accountants kracht van wet. Daarom melden accountants in hun accountantsverklaring ook altijd dat zij de opdracht hebben uitgevoerd volgens het Nederlands recht en de Nederlandse standaarden. Als op een opdracht maar één standaard van toepassing is, dan moet die standaard met name genoemd worden door vermelding van het nummer en de omschrijving. Dat maakt de werkzaamheden van de accountant toetsbaar en de tuchtrechter voor accountants (de Accountantskamer in eerste aanleg en daarna het College van Beroep voor het bedrijfsleven) kan dan ook eenvoudig nagaan of de accountant zich heeft gehouden aan de op de opdracht van toepassing zijnde standaard(en).
Toepassing van de standaarden[bewerken]
Het soort opdracht bepaalt welke standaard van toepassing is en op een opdracht kunnen heel veel standaarden van toepassing zijn. Zo zijn bij opdrachten tot controle van een jaarrekening alle standaarden van 200 tot en met 720 van toepassing. Anderzijds is op een opdracht tot het samenstellen van een jaarrekening alleen standaard 4400 van toepassing en op een opdracht tot het beoordelen van een jaarrekening alleen standaard 2400.
De omvang van de per Standaard uit te voeren werkzaamheden wordt bepaald met inachtneming van de specifieke omstandigheden van de opdracht. In bijzondere situaties kan het noodzakelijk zijn af te wijken van een Standaard teneinde het doel van de opdracht te bereiken. In een dergelijke situatie dient de reden voor het afwijken te worden vastgelegd.
Specifiek Nederlandse standaarden[bewerken]
De specifiek Nederlandse standaarden zijn te herkennen aan de letter N achter het standaardnummer en dat betreft de standaarden 3850N (maatschappelijke verslagen), 3850N (prospectussen), 4400N (overeengekomen specifieke werkzaamheden) en 5500N (transactiegerelateerde adviesdiensten).
Soms is geen standaard van toepassing[bewerken]
Het is niet mogelijk om standaarden te ontwikkelen die op alle situaties en omstandigheden die de accountant kan aantreffen van toepassing zijn. Indien sprake is van situaties en omstandigheden waarin de standaarden niet voorzien dient de aard en de omvang van de werkzaamheden te worden bepaald op basis van vakkundige oordeelsvorming en met inachtneming van het stramien voor assurance-opdrachten. Voor opdrachten m.b.t. consultancy, advies, belastingen en administratieve dienstverlening zijn er geen standaarden en de uitvoering van die opdrachten dient dan ook direct ingevuld te worden vanuit de fundamentele beginselen in de Verordening gedrags- en beroepsregels voor accountants. Dus professioneel, integer, objectief, vakbekwaam, zorgvuldig en met inachtname van het beginsel van vertrouwelijkheid.
De standaarden[bewerken]
- 100 - 999 Opdrachten tot controle van historische financiële informatie
- 200 - 299 Algemene uitgangspunten en verantwoordelijkheden
- 300 - 499 Risico-inschatting en het inspelen op ingeschatte risico's
- 500 - 599 Controle-informatie
- 600 - 699 Gebruik maken van de werkzaamheden van anderen
- 700 - 799 Controlebevindingen en rapportering bij een volledige set van financiële overzichten voor algemene doeleinden
- 800 - 899 Controlebevindingen en rapportering in het kader van bijzondere controleopdrachten
- 2000 - 2699 Opdrachten tot beoordeling van historische financiële informatie
- 3000 - 3850 Assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle of beoordeling van historische financiële informatie
- 3000 - 3399 Van toepassing op alle assurance-opdrachten
- 3400 - 3850 Standaarden m.b.t. specifiek onderwerp
- 4000 - 4699 Aan assurance verwante opdrachten
- 5000 - 5699 Overige opdrachten
Externe links[bewerken]
Bronnen, noten en/of referenties |
Dit artikel "Nadere voorschriften controle- en overige standaarden" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische en/of op de pagina Edithistory:Nadere voorschriften controle- en overige standaarden.