Positieve gezondheid
Positieve Gezondheid is een benadering binnen de gezondheidszorg die niet de ziekte, maar een betekenisvol leven van mensen centraal stelt. De nadruk ligt op de veerkracht, eigen regie en het aanpassingsvermogen van de mens en niet op de beperkingen of ziekte zelf.
Aanleiding[bewerken]
De aanleiding om naar een begrip als positieve gezondheid te kijken, was twijfel over de houdbaarheid van het in 1948 door de Wereldgezondheidsorganisatie gegeven definitie van gezondheid. De omschrijving “Health as the ability to adapt and self manage, in the face of social, physical and emotional challenges”, vertaald als “Gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven” (Huber et al, 2011[1]) beoogt een alternatief te bieden voor de oudere definitie[2]): “Health is a state of complete physical, mental and social well-being and not merely the absence of disease or infirmity”. Deze WHO-definitie heeft het over een toestand van compleet welbevinden, op drie domeinen. Omdat de levensverwachting stijgt en het aantal mensen met één of meer chronische aandoeningen toeneemt, hebben steeds minder mensen een volledig fysiek, mentaal en sociaal welbevinden en zouden dus ziek zijn. Dat was de reden voor twee belangrijke Nederlandse organisaties op het gebied van gezondheid, ZonMw en de Gezondheidsraad, om samen met de arts en onderzoeker Machteld Huber in 2009 in Den Haag een conferentie over het onderwerp te organiseren. Die conferentie had de titel ‘Wat is gezondheid, een toestand of een vermogen?’ Dé vraag van deze conferentie was of de – destijds als zeer vooruitstrevend beschouwde - definitie van de WHO nog wel voldeed en zo niet, wat een passend alternatief zou zijn.
Het concept Positieve Gezondheid[bewerken]
De kern van het nieuwe concept is dat gezondheid geen statisch gegeven is (dus geen staat van compleet welbevinden zoals de WHO stelde) maar het vermogen om veerkrachtig te zijn, eigen regie te voeren en aanpassingsvermogen te hebben. Zo worden mensen aangesproken op hun vermogen tot actie en niet benaderd als passieve zieke of als patiënt. Positieve Gezondheid betekent dat iemand zingeving ervaart en vaardigheden ontwikkeld heeft om de uitdagingen van het leven aan te kunnen. Om het draagvlak voor deze nieuwe omschrijving te toetsen en om tot een praktische uitwerking van het concept te komen interviewde Huber in opdracht van ZonMw tal van experts, zorgprofessionals en burgers over (1) hun mening over het concept en (2) naar hun opvattingen over ‘indicatoren’ om gezondheid te beoordelen. Dat resulteerde allereerst in een bevestiging van het idee dat gezondheid geen doel op zich is, maar een middel om het leven te leven zoals iemand dat zelf graag wil, om welbevinden te ervaren en te kunnen floreren. De vraag naar indicatoren leverde vervolgens zes dimensies met 32 subcategorieën op, die volgens de geïnterviewden ‘gezondheid’ in kaart brengen. Die zes dimensies zijn:
- lichaamsfuncties (ik voel me gezond en fit),
- mentaal welbevinden (ik voel me vrolijk),
- zingeving (ik heb vertrouwen in mijn toekomst),
- kwaliteit van leven (ik geniet van mijn leven),
- meedoen (ik heb goed contact met andere mensen) en
- dagelijks functioneren (ik kan goed voor mezelf zorgen).
Deze brede invulling in zes dimensies wordt ‘Positieve Gezondheid’[3] genoemd.
De zes dimensies zijn verwerkt in een zogenaamd spinnenwebdiagram.[4]Het spinnenweb is bedoeld als leidraad voor een gesprek, bijvoorbeeld tussen arts en patiënt over diens gezondheid en welbevinden volgens de zes dimensies en de eventuele wens om iets te veranderen. Niet het oordeel van de professional staat centraal, maar dat wat de persoon zelf belangrijk vindt en waar hij of zij aan wil werken.
Ontwikkelingen en implementatie[bewerken]
Het werk van Huber wordt positief ontvangen[5], ze ontving in 2012 de ZonMw Parel[6] voor haar initiatief en het belang van de omslag van de focus op ziekte naar gezondheid wordt tegenwoordig breed ondersteund (De Gruijter et al ., 2014[7]). In diverse publicaties wordt getracht het concept nog beter te operationaliseren[8], te concretiseren[9] en voorstellen te doen voor implementatie[10] in de gezondheidszorg. Steeds meer (zorg)professionals en gemeenten hebben positieve gezondheid als speerpunt in hun beleid.[11] Uit onderzoek blijkt dat in 2018 meer dan 50% van de gemeenten in hun beleidsnotitie verwijzen naar positieve gezondheid en er worden op verschillende plaatsen pilots gedaan. Een voorbeeld daarvan is huisarts Hans-Peter Jung in Afferden, Limburg die stelt dat door meer tijd per patiënt uit te trekken en het ‘andere’ gesprek te voeren 25% minder doorverwijzingen naar de 2e lijn plaats vinden. De huisartsenpraktijk zou 8 à 9% goedkoper zijn dan de oude manier.[12]
Link met andere begrippen[bewerken]
Deze kijk op gezondheid sluit aan op de visie van Aaron Antonovsky die voorstelde het begrip salutogenese (als tegenhanger van pathogenese) te gebruiken om daarmee te laten zien dat werken aan gezondheid echt iets anders is dan de genezing of preventie van ziekte. Antonovsky noemt het ervaren van Sence of Coherence als een belangrijke voorspeller voor het kunnen omgaan met tegenslag en stressoren in het dagelijks leven. Ook Victor Frankl schreef over de essentiële rol van zingeving in zijn boek "De zin van het bestaan[13]" (oorspronkelijk verschenen in het Duits maar vooral bekend geworden onder de Engelse titel: Man's Search for Meaning: An Introduction to Logotherapy). Mildred Blaxter[14] definieerde gezondheid in 2004 als volgt: “Health can be defined negatively, as the absence of disease, functionally, as the ability to cope with everyday activities, or positively, as fitness or well-being”.
De keuze voor de term Positieve Gezondheid slaat een brug naar de bevindingen uit de positieve psychologie: een stroming binnen de psychologie waar onderzoek gedaan wordt naar wat maakt dat mensen welbevinden ervaren en floreren. Corey L.M. Keyes[15] ontwikkelde het “Complete State Model of Mental Health”. Volgens Keyes bestaat mentale gezondheid uit een combinatie van emotioneel, psychologisch en sociaal welbevinden. Mensen die zich in het midden van het spectrum bevinden worden als gemiddeld gezond beschouwd, Keyes spreekt van floreren (flourishing) als er sprake is van een hoog niveaus van welbevinden en goed functioneren op psychologisch en sociaal gebied en van lijden (languishing) als er sprake is van een laag niveau van welbevinden.[16] Emeritus hoogleraar positieve psychologie aan de Universiteit Twente prof. dr. Jan Auke Walburg[17] stelt dat gezondheid meer is dan het vermogen om ons aan te passen en onszelf te redden. Ons belangrijkste vermogen is tot bloei te kunnen komen.
Anderen noemen overeenkomsten met persoonsgerichte zorg en het ICF-model. Eens is men het over het feit dat Positieve Gezondheid breder is dan het biopsychosociale model. Dat model kan gezien worden als voorloper van de nieuwe opvattingen over gezondheid.
Kritiek[bewerken]
Het feit dat het woord ‘gezondheid’ gebruikt wordt voor een toestand en ook voor het omgaan met die toestand wordt soms als verwarrend beschouwd. Mensen kunnen op een gezonde en ongezonde manier omgaan met hun eigen (on)gezondheid.[18][19][20] Andere kanttekeningen betreffen de vraag of iedereen wel in staat is zelf de regie te voeren over hun eigen gezondheid[21] en de kwestie of deze visie op gezondheid niet (onbedoeld) medicaliserend kan werken. Als het hele leven tot de gezondheidszorg gaat behoren wordt het terrein dat de huisarts moet bestrijken misschien wel erg groot. Anderen wijzen op de lastigheden rondom het meetbaar maken van het concept en de overlap met een ontwikkeling als Shared decision-making in medicine, of patiëntenparticipatie.
Bronnen, noten en/of referenties
|
Dit artikel "Positieve gezondheid" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische en/of op de pagina Edithistory:Positieve gezondheid.
This page exists already on Wikipedia. |