Waleffe-arrest
Het Waleffe-arrest is een Belgisch arrest uitgevaardigd door het Hof van Cassatie in 1950. Het introduceerde het vermoeden van de grondwettigheid van de wet. Dat wil zeggen dat wanneer de echte betekenis van een wet niet duidelijk is, de rechter er redelijkerwijs van uit moet gaan dat de wetgever nooit de intentie had om de Grondwet te schenden. Men verkiest bij interpretatieverschillen dus de grondwetsconforme interpretatie.
Casus[bewerken]
Waleffe werkte eerst voor de overheid in Belgisch-Congo. Na zijn uitdiensttreding ontving hij daarvoor een (burgerlijk) pensioen. Nadat hij in 1945 vertrok als rechter in het Hof van Cassatie kreeg hij voor die functie een emeritaatspensioen. Later legde een Koninklijk Besluit, genomen op basis van een bijzondere machtenwet, de cumulatie van pensioenen aan banden en daarom werd het emeritaatspensioen van Waleffe verlaagd.
Waleffe meende dat de wet in kwestie in strijd was met de grondwet, omdat deze zo algemeen was geformuleerd, dat de regering kennelijk de mogelijkheid kreeg het grondwettelijk statuut van rechters te wijzigen. Daarmee was de volmachtenwet volgens Waleffe ongrondwettig. Het Hof van Cassatie meende daarentegen dat in geval van onduidelijkheid of twijfel over de bedoeling van de wetgever, de rechter moet uitgaan van het redelijke vermoeden dat de wetgever niet de bedoeling kan hebben gehad de grondwet te schenden.[1]
Bronnen, noten en/of referenties |
Dit artikel "Waleffe-arrest" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische en/of op de pagina Edithistory:Waleffe-arrest.