You can edit almost every page by Creating an account. Otherwise, see the FAQ.

Wet Eindtoetsing Primair Onderwijs

Uit EverybodyWiki Bios & Wiki
Ga naar:navigatie, zoeken

In 2014 is in Nederland de Centrale Eindtoets Primair Onderwijs verplicht gesteld.[1] Dit houdt in dat basisscholen verplicht zijn om één van de wettig toegestane eindtoetsen in groep 8 af te nemen. De centrale eindtoets is ontworpen in opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) door het College voor Toetsen en Examens (CvTE) en in samenwerking met Cito. In 2014 heeft Staatssecretaris Sander Dekker (OCW) aangekondigd dat ook de eindtoetsen ROUTE 8 van A-VISION B.V. en IEP (ICE Eindtoets Primair Onderwijs) van het bureau ICE gebruikt mogen worden. Deze eindtoetsen meten in hoeverre de leerlingen de vastgestelde referentieniveaus van taal en rekenen beheersen. Het onderdeel taal bestaat uit lezen, woordenschat, schrijven en taalverzorging, en het onderdeel rekenen bestaat uit getallen, verhoudingen, meetkunde en verbanden.[2] Daarnaast kunnen scholen er zelf voor kiezen om ook het tweede deel wereldoriëntatie met de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs te toetsen. De eindtoets hoeft niet gemaakt te worden door leerlingen die zullen uitstromen naar het voortgezet speciaal onderwijs, een IQ lager dan 70 hebben of 4 jaar of minder in Nederland wonen en de taal nog niet beheersen. Hoewel de eindtoets voorheen vrijwillig door scholen in februari werd afgenomen, moet deze nu worden afgenomen in de periode van 15 april tot 15 mei. Doordat de datum van afname is verschoven is het schooladvies van 1 maart leidend geworden voor de toelating tot het voortgezet onderwijs. Scholen mogen na deze eindtoets het advies alleen heroverwegen indien er sprake is van een positiever resultaat dan verwacht. Naast het schooladvies mag de middelbare school bij de toelating geen andere gegevens van leerlingen eisen.[3]

Wettelijk kader[bewerken]

Op 1 maart 2011 is de Tweede Kamer door voormalig minister van OCW Bijsterveldt-Vliegenthart geïnformeerd[4] over het advies van de PO-Raad, de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) en de VO-Raad met betrekking tot het effectief schakelen tussen primair en voortgezet onderwijs.[5] Op basis van een pilotstudie van het Kohnstamminstituut[6] adviseerde de minister het afnamemoment van de eindtoets uit te stellen. Er werd gesteld dat scholen tegen het eind van het jaar minder aandacht zouden hebben voor taal en rekenen. Het uitstellen van de eindtoets voor deze vakken zou daarom de doorlopende leerlijn ten goede komen. Daarnaast is één van de doelen van de wet Eindtoetsing Primair Onderwijs het voorkomen van onderadvisering bij het eindadvies.[7] Een centrale eindtoets zou een objectieve maatstaf geven in het geval dat de score op de eindtoets hoger is dan het schooladvies. Dit wordt onderbouwd[8] aan de hand van het verslag[9] van 2013/2014 van de Inspectie van Onderwijs, waaruit blijkt dat 63 procent van de leerlingen een schooladvies hadden dat hooguit een half schooladvies afweek van de eindtoetsscore. De Eerste Kamer stemde in december 2013 in met het wetsvoorstel en op 11 december 2013 is de wet[10] ondertekend. Deze is in werking gesteld op 1 augustus 2014.

Kritiek[bewerken]

Er is uit verschillende kringen kritiek geuit op de wet Eindtoetsing Primair Onderwijs, omdat het mogelijk meer ongelijkheid in het onderwijssysteem veroorzaakt.[11] In het kader van ongelijkheid is er niet zozeer kritiek op het verplicht stellen van de eindtoets, maar meer op het leidend worden van het schooladvies. Het wordt erkend in een kamerbrief[7] dat 23% van de leerlingen in 2015 in aanmerking kwam voor een heroverweging van het schooladvies naar aanleiding van de eindtoetsscore, maar dat slechts voor één op de zes leerlingen het schooladvies is aangepast. De leerlingen voor wie het schooladvies niet is aangepast, zijn voornamelijk leerlingen met laagopgeleide ouders. Minister Jet Bussemaker (OCW) heeft hierop gereageerd met de uitspraak dat uitgangspunt bij de schoolkeuze niet het opleidingsniveau van de ouders, maar het talent van de leerling moet zijn.

De leden van de SP-fractie merken in dezelfde kamerbrief op dat de score van de IEP Eindtoets beduidend hoger ligt dan die van de andere toetsen, namelijk een heel schooladvies.

In deze kamerbrief stelt Staatssecretaris Sander Dekker dat er meer kwalitatief onderzoek nodig is om de trends van de cijfers te duiden.

Referenties[bewerken]

  1. https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/toelating-middelbare-school
  2. https://www.centraleeindtoetspo.nl/schoolbesturen-en-directies/algemeen/toetsinhoud/
  3. Sluijter, C. (2015). Welke toetsgekte? Over de zin van, en de onzin rond, het gebruik van toetsen in het primair onderwijs in Nederland. In B. Levering et al. (red.) In de schoolbanken
  4. Kamerbrief 271793
  5. Effectief Schakelen: verbeteren van de informatieoverdracht tussen PO en VO PO-Raad, AVS en VO-raad Utrecht, 21 februari 2011
  6. De gevolgen van een latere afname van de Cito-Eindtoets Basisonderwijs. Amsterdam/Nijmegen: Kohnstamm/ITS (2011)
  7. 7,0 7,1 Kamerbrief 892172
  8. Kamerstuk 31 289, nr. 272
  9. De staat van het onderwijs: Onderwijsverslag 2013/2014. (2015). Inspectie van het Onderwijs, Utrecht
  10. http://wetten.overheid.nl/BWBR0034687/2014-08-01/0/informatie
  11. http://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2098882-ongelijkheid-in-het-onderwijs-vergroot.html

Dit artikel "Wet Eindtoetsing Primair Onderwijs" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische .



Read or create/edit this page in another language[bewerken]