Integrale Zonmodel
Het Integrale Zonmodel (ook wel zonnewiel) is een model dat alle aspecten van een technisch systeem beschrijft. Het zonnewiel wordt onderverdeeld in vier hoofdcategorieën: mens, markt, milieu en techniek.[1] Als onderdeel van een ontwerpmethode wordt het zonnewiel gebruikt om alle aspecten van een ontwerp te dekken. Zo wordt het zonnewiel onder andere toegepast in de ontwerpmethode Delft Design.
Mens[bewerken]
De hoofdcategorie mens heeft betrekking tot de ergonomische aspecten van een systeem. Het betreft directe en indirecte interacties tussen de gebruiker en het systeem. Dit kwadrant wordt onderverdeeld in:
- Vormgeving: informatie wordt doorgegeven door middel van vorm, kleur en materiaalaspecten van het systeem. Een voorbeeld van deze organisatie-ergonomie zijn de ribbeltjes op de dop van een fles die aangeeft dat de dop gedraaid kan worden. Een ander voorbeeld is de versmalling in het midden van een fles die de gebruiker verteld waar de fles vastgepakt kan worden.[2]
- Gebruik: de aansluiting tussen de fysieke afmetingen van het systeem en een bepaald percentage van de mogelijke gebruikers. Denk bijvoorbeeld aan de verschillende lengtes van mensen en de hoogte van deuren of aan de verstelbare stoelen in auto's.
- Ethiek: de ethische verantwoording van een systeem wordt onderverdeeld in bestaansrecht, cultureel verantwoord en sociaal verantwoord. Tijdens het ontwerpproces kan rekening gehouden worden met bijvoorbeeld culturele verschillen. Ethische aspecten worden geanalyseerd zodat het systeem aansluit bij de doelgroep en zodat mogelijke publieke terugslag voorkomen wordt.
Markt[bewerken]
De hoofdcategorie markt betreft de economische aspecten van een systeem. Dit kwadrant wordt onderverdeeld in:
- Prijs: door middel van de fabricage kostprijs en de verkoopprijs kan de terugverdientijd van het ontwikkelingsproces bepaald worden. Afhankelijk van de kostprijs en de resultaten van marktonderzoek, kan ook voor een lease structuur gekozen worden.
- Positie: voor de positionering op de markt wordt een marketingstrategie ontwikkeld. Positionering bestaat uit drie factoren: de gewenste positie, de identiteit van het merk en de perceptie van het merk door de doelgroep.[3] De basis wordt gevormd door de huidige situatie; vergelijkbare producten op de markt en de verwachtingen van de doelgroep.[4] In de latere stages van het ontwerpproces worden de sterkte en zwakte punten inzichtelijk gemaakt door middel van een SWOT-analyse. Vervolgens wordt de markt beïnvloed door de onderscheidende aspecten van een systeem te belichten.
- Distributie: om een systeem te verkopen aan de doelgroep moet het verpakt, vervoerd en verkocht worden. Deze aspecten worden onderverdeeld onder verpakking, logistiek en verkoopkanalen.
Milieu[bewerken]
De hoofdcategorie milieu omvat de impact die een systeem heeft op zijn omgeving. Dit kwadrant wordt onderverdeeld in:
- Energieverbruik: het verbruik betreft niet alleen het energieverbruik tijdens gebruik, maar ook voor productie en distributie. Deze gegevens worden gebruikt om het systeem in te delen in een energieklasse en om de impact van het bedrijf te bepalen.
- Directe risico's: een systeem kan risico's creëren door gebruik van giftige materialen en door de uitstoot van giftige stoffen. De risico's worden bepaald met behulp van een risicoanalyse, zoals de FMEA methode.
- Levenscyclus: de cyclus van een product bestaat uit productie, distributie, gebruik en vernietiging.[5] De levenscyclus van een systeem is niet hetzelfde als de productlevenscyclus. Na de gebruiksfase is er soms de mogelijkheid voor het verlengen van de levensduur of het terugwinnen van materialen. Het verlengen van de gebruiksfase kan gedaan worden door een systeem te reviseren.[6]
Techniek[bewerken]
De hoofdcategorie techniek betreft de technische aspecten van een systeem. Dit kwadrant wordt onderverdeeld in:
- Werking: de functies van een systeem beschrijven de werking. Een systeem heeft één hoofdfunctie en meerdere deelfuncties. Een overzicht van de functies wordt gecreëerd door middel van een functieboom.
- Constructie: door middel van constructieleer worden de statische en dynamische eigenschappen van een constructie doorgerekend. Op die wijze wordt bepaald tegen welke natuurverschijnsels een constructie bestendig is. Ook wordt hiermee het gebruik van materialen geminimaliseerd, om onnodig materiaal gebruik te voorkomen.
- Productie: onder dit aspect valt de materiaalkeuze, welke samenhangt met de analyse van de constructie. Verder moet een ontwerp rekeningen houden met de manier waarop het systeem gemaakt kan worden, zoals voor massaproductie (behalve bij maatwerk). Vaak wordt dit gedaan in de laatste fase van het ontwerpproces, zoals bij de ontwerpmethode Delft Design.
Externe links[bewerken]
Bronnen, noten en/of referenties
|
Dit artikel "Integrale Zonmodel" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische en/of op de pagina Edithistory:Integrale Zonmodel.