Van Welsenaers
De familie van Welsenaers of van Welsenes was aan het begin van de vroegmoderne tijd een patriciërsfamilie uit Kortrijk in het toenmalige graafschap Vlaanderen.[1] [2] Vanaf de tweede helft van de 15de eeuw en vooral tijdens de 16de eeuw was deze familie een vaste vertegenwoordiger in het schepencollege van Kortrijk.[3] Meerdere leden van deze familie waren beroepshalve: schepen, proost, baljuw, schout en abt/abdis.[4] In de eerste helft van de 17de eeuw verhuisde de protestantse tak van de familie naar de Republiek, terwijl de katholieke tak in de Zuidelijke Nederlanden bleef wonen.[5]
Oorsprong van de familie van Welsenaers/ van Welsenes[bewerken]
Volgens professor Frans Debrabandere stamt deze familienaam uit een nog niet gesitueerde plaatsnaam, mogelijk in het zuiden van West-Vlaanderen.[6] Overigens zijn er in de loop van de geschiedenis verschillende naamvarianten opgetreden, zoals: van Welsener(s), van Welseneers, Van Welssenaers, Vanwels(s)enaers, Vanwelsenaere, (Van) Welsenaere, van Welsene(s), van Welzenis, van Welsenis, van Welcene(s), de Welsene, van Welsenesse, de Welsen(n)esse, van Wessenes, Van Welssemaers en van Velcenaher.[7]
Op basis van primaire bronnen, blijkt dat de familienaam in zijn oorsprong hoogstwaarschijnlijk "van Welsenes" was. Daaropvolgend zien we in de oudste bronnen ook al snel "van Welsennesse" en "van Welsenaers" optreden.[8]
Volgens verscheidene secundaire bronnen wordt de familienaam "van Welsenaers" soms geassocieerd met het geslacht van Wassenaer.
Een concreet voorbeeld hiervan is de 23e abdis van de Guldenbergabdij te Wevelgem, in casu Johanna III. Welsenaers al. van Wassenaer (ca. 1476-1544).[9] [10]
Ook dr. E. Vroonen bemerkt dat deze familie etymologisch gezien, mogelijk verwant zou kunnen zijn met het geslacht van Wassenaer.[11]
Overigens blijkt dat de protestantse tak van de familie vasthield aan de naam "van Welsenes" of kleine varianten hierop, terwijl de katholieke tak eerder opteerde voor "van Welsenaers" of gelijkenissen hierop.
Wapen van de familie van Welsenaers/ van Welsenes[bewerken]
De protestantse tak van de familie droeg een familiewapen, dat bestond uit een gekwartierd schild: eerste en vierde kwartier, argent, sinopel, argent, sinopel, met een gaande leeuw van keel en het tweede en derde kwartier, goud en sabel.[12] [13] [14] [15]
De heraldische kleuren verwijzen zowel naar de kleuren van de stad Rotterdam, alsook naar de oorsprong van deze familie, namelijk uit het zuiden van het graafschap Vlaanderen.[16] [17]
Voorts droegen beide substituut-secretarissen van Rotterdam, Emanuel van Welsenes (ca. 1636-1708) en diens zoon, Cornelis van Welsenes (1669-1708), dit familiewapen.[18]
Stamvader familie van Welsenaers/ van Welsenes[bewerken]
De oudst gekende en bewezen stamvader van deze familie was Coenraert van Welsenes (ca. 1370-1423).[19] Over deze persoon is niet zoveel geweten, behalve dat hij hoogstwaarschijnlijk de eerste persoon was van deze familie die zich te Kortrijk had gevestigd.[20] Daarnaast was zijn echtgenote verwant aan de Kortrijkse schepenfamilies van Outryve en van den Kerckhove.[21]
Vooral hun zoon, Jan van Welsenes alias Coenkin (ca. 1400-1473), steenbakker te Kortrijk werd welgesteld en hij trouwde met joncvrouwe Jane Pipe, afstammelinge van een oude Lombarden- en schepenfamilie uit Kortrijk.[22] [23] [24] [25]
Voorts leverde Jan van Welsenes alias Coenkin (ca. 1400-1473) als steenbakker de stenen voor de bouw van de Broeltorens te Kortrijk.[26]
Schepenfamilie te Kortrijk[bewerken]
Het waren in bijzonder de kinderen van Jan van Welsenes alias Coenkin (ca. 1400-1473) die hoge bestuurlijke functies gingen uitoefenen, zoals zijn zoon, Willem van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1435), baljuw van Harelbeke.[27] [28]
Ook begonnen steeds meer telgen van deze familie een vaste positie te verwerven als schepen van de stad Kortrijk, zoals Ghyselbrecht van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1432-1511), die voor het eerst schepen werd in 1469.[29] Deze geldwisselaar, schepen en schout van Kortrijk werd in 1511 begraven in de Sint-Maartenskerk te Kortrijk.[30] [31]
Ghyselbrecht van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin[bewerken]
Ghyselbrecht van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1432-1511) huwde joncvrouwe Katheleyne Fierins, dochter van de onderbaljuw van Kortrijk, Jan Fierins. Hun dochter, Joanna van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1476-1544), werd op 14 maart 1517 de 23e abdis van de Guldenbergabdij te Wevelgem.[32] [33] [34] [35]
Daarnaast had hij ook nog een zoon, Ghyselbrecht (Gilbert) van Welsenaers/ van Welsenes (ca. 1480-1545). Deze werd in 1526 schepen en was van 1536 - 1537, proost van Kortrijk.[36] [37] [38] Hij trouwde met joncvrouwe Antoinette van Halewijn (ca. 1490-1562), dochter van de Kortrijkse schepen Ghildolf van Halewijn alias de Deurwaerder.[39] [40] Zij was afstammelinge van onder meer de geslachten: van Halewijn, van den Berghe, van Lichtervelde, van Caloen, van de Woestyne en van Gistel.[41] [42]
Overigens had Ghyselbrecht van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1432-1511) nog een andere dochter, Kathelyne van Welsenaers/ van Welsenesse, en zij was het kamermeisje van Eleonora, Karel en Isabella, de kinderen van Filips I van Castilië en Johanna van Castilië.[43] [44] [45]
Volgens voormalig stadsbibliothecaris-archivaris dr. Jan Soete van de stad Kortrijk, was de familie van Welsenaers/ van Welsenes in de tweede helft van de 16de eeuw weinig talrijk en waren ze verwant aan aanzienlijke families uit deze regio.[46] Zo was bijvoorbeeld Jacques van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1514-1569) gehuwd met joncvrouwe Barbara van Hoorne, zuster van de heer van Coyghem.[47]
Daarnaast bezat Jacques van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1514-1569), op de grens van Kortrijk en Harelbeke het landgoed genaamd de Sandtberch, hetgeen hem door keizer Karel V in leen gegeven was.[48] Overigens verkreeg hij ook nog van de graaf van Horne, Filips van Montmorency, het leengoed 't Ongereedts te Wervik in leen.[49]
Markante afstammelingen van de familie van Welsenaers/ van Welsenes[bewerken]
- Coenraert van Welsenes (ca. 1370 - Kortrijk, 1423), stamvader van de familie van Welsenaers/ van Welsenes te Kortrijk.
- Jan van Welsenes alias Coenkin (Kortrijk, ca. 1400 - Kortrijk, 1473), steenbakker te Kortrijk. Gehuwd met joncvrouwe Jane Pipe.
- Jacobus van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (ca. 1430), was eerst clericus installatus in de Sint-Salvatorkerk te Brugge en daarna was hij van 18 juni 1449 t.e.m. 1452 zanger en clericus installatus in de Sint-Donaaskerk van Brugge.[50] [51] [52] Vervolgens was hij van 21 december 1456 t.e.m. 23 januari 1458 zanger en kleine vicaris te Kamerijk en kapelaan altaar Sint-Jan de Doper in de kathedraal van Kamerijk.[53] [54] [55] [56] Ten slotte was hij ca. 1466 priester van Harelbeke.[57]
- Ghyselbrecht van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (Kortrijk, ca. 1432 - Kortrijk, 1511), geldwisselaar, schepen en schout te Kortrijk. Hij werd begraven in de Sint-Maartenskerk van Kortrijk. Gehuwd met joncvrouwe Katheleyne Fierins.
- Willem van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (Kortrijk, ca. 1435), baljuw van Harelbeke.
- Jan van Welsenaers/ van Welsemes alias Coenkin (ca. 1465), boekbinder te Gent.[58]
- Joos (Josse) van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (Kortrijk, ca. 1488 - Kortrijk, 1522), schepen en proost te Kortrijk. Gehuwd met joncvrouwe Beatrix Strobbe.[59]
- Johanna van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (Kortrijk, ca. 1467 - Wevelgem, 2 november 1544), 23e abdis van de Guldenbergabdij te Wevelgem.
- Ghyselbrecht (Gilbert) van Welsenaers/ van Welsenes (Kortrijk, ca. 1480 - Kortrijk, 1545), was in 1526 schepen en in 1536 - 1537, proost van Kortrijk.[60] Hij was gehuwd met joncvrouwe Antoinette van Halewijn.
- Kathelyne van Welsenaers/ van Welsenesse (Kortrijk, ca. 1482), kamermeisje van Eleonora, Karel en Isabella, kinderen van Filips I van Castilië en Johanna van Castilië.
- Jacques van Welsenaers/ van Welsenes alias Coenkin (Kortrijk, ca. 1514 - Kortrijk, 1569), geldwisselaar, procureur en schepen te Kortrijk. Gehuwd met joncvrouwe Barbara van Hoorne.[61] Daarnaast bezat hij het landgoed de Sandtberch, alsook het leengoed 't Ongereedts te Wervik.[62]
- Jeronymus van Welsenaers/ van Welsenes (ca. 1519), heerlijk baljuw en ontvanger van Adriaen van der Gracht van de heerlijkheden Kemps te Lauwe en Bueteghem te Rekkem (1568-1570) en vanaf 1571, klerk te Halewijn.[63]
- Michiel van Welsenaers/ van Welsenes (Kortrijk, ca. 1521), musicus in de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Kortrijk. Zijn zus Beatrijs was gehuwd met de componist Eustachius Barbion.
- Marie van Welsenaers/ van Welseners (Kortrijk, ca. 1543), echtgenote van Guillaume Baggaert en moeder van Joossijne, Catherine en Willemyne Baggaert. Ze bezat het leengoed 't Ongereedts te Wervik, hetgeen ze in leen had verkregen van Martin della Faille.[64] Overigens stichtte haar dochter, Joossijne Baggaert, samen met haar zussen in 1638 het Baggaertshof te Kortrijk.[65]
- Josse van Welsenaers/ van Welsenes (ca. 1545), baljuw van Peruwelz.
- Isabelle van Welsenaers/ van Welsenes (ca. 1550), kloosterzuster in de Guldenbergabdij te Wevelgem. Overigens was ze de nicht van Anna Gargant, die op 22 juli 1594 door Filips II benoemd werd tot 26e abdis van de Guldenbergabdij te Wevelgem.[66] [67]
- Johannes (Jan) VIII van Welsenes (Halewijn, ca. 1576 - 3 september 1638), abt van de abdij van Eversam.[68]
- Jacques van Welsenes (ca. 1585 - Rotterdam, 1638), chirurgijn te Rotterdam, stamvader van de protestantse tak te Rotterdam.
- Jacobus van Welsenis (1628 - 1688), magister chirurgijn te Dordrecht.
- Emanuel van Welsenes (Dordrecht, 20 januari 1636 - Rotterdam, 16 november 1708), substituut-secretaris van Rotterdam en geschiedschrijver.[69] [70]
- Cornelius Van Welssenaers (Brugge, 24 november 1660 - Koekelare, 22 juni 1707), soldaat Vereenigde Oostindische Compagnie en magister chirurgijn te Koekelare.[71]
- Cornelis van Welsenes (Rotterdam, 1 oktober 1669 - Rotterdam, ca. 1708), substituut-secretaris van Rotterdam en schrijver. Hij huwde in 1694 met Catharina Deynoot (1665-1722).[72] [73] [74] [75]
- Maximilianus Van Welssenaers (Koekelare, 5 december 1700 - Koekelare, 10 mei 1762), chirurgijn te Koekelare.
- Philippe Emmanuel Van Welssenaers (Koekelare, 2 juli 1735 - Raimbeaucourt, 7 maart 1792), chirurg te Raimbeaucourt.[76]
- Louis Joseph Van Welssenaers (Raimbeaucourt, 30 september 1771 - Sint-Petersburg, 1847), hotelier Grand Hôtel de Paris te Sint-Petersburg.
- Willem van Welsenes van Oijen, koopman te Dordrecht, kasteelheer van de heerlijkheid Oijen sinds 1809.[77]
- Philippe Louis Van Welssenaers (1801 - Sint-Petersburg, 1866), hotelier Grand Hôtel de Paris te Sint-Petersburg.
- Théodore Louis André (Feodor) Van Welssenaers (Sint-Petersburg, 1824 - Sint-Petersburg, 16 mei 1895), operazanger, tenor.[78]
- Yulianna Filippovna Van Welssenaers (Sint-Petersburg, 1829 - Sint-Petersburg, 1899), hotelier Grand Hôtel de Paris te Sint-Petersburg. Gehuwd met Pyotr Emanuel Petrovich Waeytens.
- Adrianus van Welsenis (Rotterdam, 1 oktober 1831 - Rotterdam, 5 januari 1911), Rotterdams drukker van de boekdrukkerij Van Waesberghe. Hij was gehuwd met Adriana van Waesberghe.[79]
- Pieter Anthonie van Welsenis (Rotterdam, 18 oktober 1865 - Rotterdam, 5 november 1937), zoon van Adrianus van Welsenis en Adriana van Waesberghe, Rotterdams drukker van de boekdrukkerij Van Waesberghe.[80]
- Amalia Henrietta "Mally" Burjam-Borga (Vyborg, 17 mei 1874 - Vyborg, 16 mei 1919), kleindochter van Yulianna Filippovna Van Welssenaers, operazangeres, mezzosopraan te Finland.[81]
- Henricus Antonius Joannes (Henri) Van Welssenaers (Oostende, 29 oktober 1875 - Westkapelle, 1 januari 1961), hotelier Grand Hôtel de l'Espérance te Bredene.[82]
- Pierre François Van Welssenaers (Schaarbeek, 14 maart 1886 - Overijse, 7 juni 1959), Generaal-Majoor in het Belgisch leger en officier van de cavalerie. Hij nam als ruiter deel aan de Intergeallieerde Spelen te Parijs in 1919. Oud-strijder Eerste Wereldoorlog, oud-strijder Tweede Wereldoorlog.
- Friedrich Daniel Christian "Fritz" Burjam (Vyborg, 19 september 1886 - Helsinki, 5 maart 1957), kleinzoon van Yulianna Filippovna Van Welssenaers, doctor in de filosofie, afdelingshoofd van de bank Helsingin Osakepankki. Daarnaast was hij ook voorzitter van de afdeling volkspoëzie van de Vereniging van Zweedse literatuur in Finland en bestuurslid van Oy Metro Goldwyn-Mayer Films Ab. en de Finse Economische Vereniging.[83] [84]
- Toon van Welsenes (Haarlem, 7 oktober 1903 - Haarlem, 2 juli 1974), Nederlands atleet.[85]
- Harry I. Vanwelsenaere (Lansing, 30 april 1922 - Tyndall Field, Florida, 27 januari 1945), staff sergeant, United States Army Air Corps. Oud-strijder Tweede Wereldoorlog.
- Jean-Marie Ghislain Edwin Van Welssenaers (Ukkel, 5 augustus 1925 - Florenville, 9 april 2017), scheepsbouwkundig ingenieur.
- Ger van Welsenes (1929 - 2018), voormalig directeur van General Motors en voormalig voorzitter van de toenmalige Beheerstichting van Feyenoord.[86]
- Hans van Welsenis (Rotterdam, 28 augustus 1930 – Dirksland, 29 januari 1988), was Nederlands politicus van de PvdA en voormalig burgemeester van Abcoude.[87]
- Robert Gerrit (Rob) van Welzenis (Rotterdam, 27 september 1938 - Eindhoven, 6 september 2017), voormalig hoogleraar fysica aan de Technische Universiteit Eindhoven.[88]
- Monique Marguerite Alberte Vanwelsenaere (Monique Messine) (Metz, 2 april 1940 - Bouvier, 11 juli 2003), Franse actrice. Ze acteerde o.a. samen met de Franse acteur Bourvil. Gehuwd met François Pierre Erskine Bressy.[89] [90]
- Ronald J. Van Welsenaere, ingenieur, doctor in de toegepaste wetenschappen, hij was werkzaam aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent en werkte als onderzoeker nauw samen met prof.dr. Gilbert F. Froment.
- Bernhard van Welzenes (Den Haag, 25 mei 1941), directeur van het Katholiek Sociaal Cultureel Centrum te Nijmegen, Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.[91]
- Arnoul Octaaf Vanwelsenaers (Oostende, 14 december 1949), woonachtig te Nieuw-Zeeland, burgerlijk ingenieur electronica (VUB), Bell Telephone Antwerpen, uitvinder, ridder in de Kroonorde.[92]
- Marc Van Welssenaers (1954), staflid van de Public Health Directorate bij de Europese Commissie.[93]
- Erik August Georges Henri Vanwelsenaere (Oostende, 11 september 1959), zaakvoerder Erixs interieur. Voormalig voetballer van onder meer: Club Brugge en KV Oostende.
- Marc Vanwelsenaere (1959), doctor in de taal- en letterkunde (KU Leuven), Romaanse talen: Frans-Italiaans.
- Aleksandr Domogarov (Moskou, 12 juli 1963), afstammeling van Adelaida Van Welssenaers, Russisch acteur en televisiepresentator.[94]
- Réjane Gyssens (1965), dochter van Jeannine Vanwelssenaers, eerste vrouwelijke kapitein ter lange omvaart in België, voormalig Nautisch Dienstchef bij het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum (MRCC).[95]
- Hilde Crevits (Torhout, 28 juni 1967), kleindochter van Urbanie Vanwelssenaers, Vlaamse politica, CD&V, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, commandeur in de Leopoldsorde.[96]
- Lies Laridon (16 mei 1969), afstammelinge van Godelieve Joanna Van Welssenaers (1727-1794), Vlaamse politica, CD&V, burgemeester van Diksmuide, ridder in de Leopoldsorde en officier in het Legioen van Eer.[97]
- Bruno G. Vanwelsenaers (Antwerpen, 20 juli 1977), handelsingenieur, CEO van Tomorrowland.[98]
- Laurence "Iris" Mittenaere (Rijsel, 25 januari 1993), afstammelinge van Marie Vanwelssenaers (1877-1957), Frans model, Miss Frankrijk 2016 en Miss Universe 2016.[99]
Literatuur[bewerken]
- Bigwood, G., Le régime juridique et économique du commerce de l'argent dans la Belgique du moyen aĝe. België: M. Lamertin, 1921.
- Blockmans, W., Pauwelyn, C., et al., Studiën betreffende de sociale strukturen te Brugge, Kortrijk en Gent in de 14e en 15e eeuw., Deel I. Tekst, Administratieve uitgeverij N.V. U.G.A., Heule, 1971.
- Blockmans, W., Pauwelyn, C., et al., Studiën betreffende de sociale strukturen te Brugge, Kortrijk en Gent in de 14e en 15e eeuw., Deel III. Tabellen en register van persoonsnamen, Administratieve uitgeverij N.V. U.G.A., Heule, 1973.
- Brandt, C., Kaspar Brandts Poëzy. Volume 1, Amsterdam by Jacobus van Nieweveen, 1701.
- Buylaert, F., Repertorium van de Vlaamse adel (ca. 1350-ca. 1500), Gent, Academia Press, 2011.
- Callewier, H., De papen van Brugge. De seculiere clerus in een middeleeuwse wereldstad (1411-1477), Universitaire Pers Leuven, 2014.
- Callewier, H., “"Ghelt omme meer ghelts". De Kortrijkse lombarden en hun integratie in de stad tijdens de late middeleeuwen”, Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis 142(3-4), 2005.
- Catulle, M., Vansteelant, A., Genealogische documentatie Marcel Catulle aangaande de familie van Welsenaers, Rijksarchief te Kortrijk - 812 - 56, 2de helft 20ste eeuw.
- Debrabandere, F., Kortrijkse persoonsnamen omstreeks 1400, Drukkerij George Michiels N.V.-Tongeren, 1958.
- De Meestere, G., van de Putte, F., Chronicon monasterii Evershamensis: conscriptum per Gerardum de Meestere, ejusdem monasterii canonicum, Winoci-Bergensem, pro gloria Dei et utilitate confratum. 1629. België: typis Vandecasteele-Werbrouck, 1852.
- De Sainte-Marthe, D., Gallia Christiana in provincias ecclesiasticas distributa, Volume 3, 1725.
- Engelbrecht, E., Unger, J. et al., Bronnen voor de geschiedenis van Rotterdam. Volume 1, Universiteit van Chicago, 1892.
- Gachard, L.P., Relation des troubles de Gand sous Charles-Quint, Universiteit Gent, 1846.
- Gailliard, J.J., Bruges et le Franc ou Leur magistrature et leur noblesse, avec des données historique et généalogiques sur chaque famille. Bruges: Gailliard, 1857.
- Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, Handelingen, Volumes 1-6, 1921.
- Koninklijke Bibliotheek van België, Briefwisseling tussen Jac. van Welsenis en de Koninklijke Bibliotheek te Brussel aangaande de familie van Welsenaers/ van Welsenes, gebaseerd op het onderzoek van dr. Jan Soete, 1955.
- Laleman, M.C., Cisterciënzerdomeinen ten noorden van Gent: Over hun ontstaan in de 13de eeuw, hun lokalisatie, hun bestaan en hun sociaaleconomische betekenis voor de Gentse agglomeratie, Handelingen der Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde te Gent 71. 2019.
- Mussely, C., Inventaire des archives de la ville de Courtrai, Volume 1, Kortrijk: Mussely-Boudewyn, 1854.
- Planchart, A., Choristers and Singers at Cambrai in the Long Fifteenth Century. In Guillaume Du Fay: The Life and Works. Cambridge: Cambridge University Press, 2018.
- Ploegaerts, T., Les moniales de l'ordre de Cîteaux dans les Pays-Bas meridionaux depuis le XVIe siècle jusqu'à la Révolution française: Les abbayes en Flandre. Imprimerie cistercienne, 1937.
- Rietstap, J.B., Armorial général: précédé d'un Dictionnaire des termes du blason, Volume 2, G.B. van Goor zonen, 1887.
- Société médico-chirurgicale de Bruges, Annales de la Société médici-chirurgicale de Bruges, Volume 11, Vanhee-Wante, Universiteit Gent, 1850.
- van Rompaey, J., Het grafelijk baljuwschap in Vlaanderen tijdens de Bourgondische periode, Paleis der Academiën, 1967.
- van Welsenes, C., Memorie van mr. Cornelis van Welsenes, substituit secretaris der stad Rotterdam. Nationale Bibliotheek van Nederland, 1700.
- van Welsenis, P.A., Geschiedkundig overzicht der drukkerij Van Waesberghe 1593-1918, Rotterdam, 1918.
- Yernaux, C., D'Halluin à Tourcoing dit de Deurwaerder, Histoire et genealogie dans la châtellenie de Lille, Le Castelo Lillois, n° 48, 2020.
- Zandvliet, K., De 500 Rijksten van de Republiek: Rijkdom, geloof, macht en cultuur. Amsterdam University Press, 2020.
Externe link[bewerken]
|
Dit artikel "Van Welsenaers" is uit Wikipedia. De lijst van zijn auteurs is te zien in zijn historische en/of op de pagina Edithistory:Van Welsenaers.